Hoofdstuk 5. De gevechten bij Verdun in 1914.
De Duitsers voerden in 1914 een afgezwakte versie uit van het Schlieffenplan en vermeden de linie Belfort-Verdun. Bij de start van de oorlog was het nabij Verdun dan ook relatief rustig buiten wat kleine schermutselingen. Daar kwam verandering in wanneer de gevechten zich verplaatsten in de richting van de stad. De eerste zware gevechten vonden noordelijk van Verdun plaats ter hoogte van Dannevoux en Consenvoye tijdens de tweede helft van augustus.



.
De Fransen waren niet opgewassen tegen de Duitse troepen en moeten zich noodgedwongen terugtrekken. Ze telden 27.000 gesneuvelden.*58 Het Duitse 5de Leger dat onder bevel stond van Kroonprins Wilhelm van Pruisen viel Verdun niet frontaal aan. Ze draaiden in zuidwestelijke en zuidoostelijke richting rond de stad die ze als scharnier gebruikten.



Het doel was de Fransen ver genoeg achteruit te drijven waarna ze de stad in een tangbeweging konden nemen. Joseph Joffre stelde vast dat de druk die de Duitse troepen uitoefenden erg groot was en gaf bevel tot een terugtocht in zuidelijke richting die echter niet verder mocht gaan dan het noorden van Bar-le-Duc. De reden dat Joffre de terugtocht liet aanvatten, was dat hij wou vermijden dat een grote hoeveelheid Franse troepen omsingeld en opgesloten werden in en rond Verdun zoals dit meermaals gebeurde met vestingsteden tijdens de Frans-Pruisische oorlog. Concreet betekent dit dat Joffre bereid was om indien nodig Verdun op te geven. Het betekent ook dat de Fransen geen groot belang hechtten aan Verdun zoals sommige auteurs pertinent beweren. Joffre beschouwde vestingsteden als verouderd.
De Duitse belegering van Luik, Namen, Antwerpen en Maubeuge had aangetoond dat vestingbouw niet langer was opgewassen tegen een moderne, zware artillerie. Joffre wenste bovendien geen statische oorlog te voeren. Hij streefde een bewegingsoorlog na en zal al zijn beslissingen nemen op basis van deze visie. Bij het plaatsje Revigny-sur-Ornain, op iets minder dan 20 km van Bar-le-Duc, kwam het in 1914 tot een treffen tussen het Duitse en Franse leger. Tijdens deze gevechten ontstonden er twee gevaarlijke openingen waardoor Verdun dreigde afgesneden te worden.*59



De militaire gouverneur van Verdun was generaal Michel Henri Coutanceau. Hij verdedigde intussen een bijna geïsoleerde stad.*60 Coutanceau liet zijn troepen een uitval doen buiten de vesting zodat ze meer vooruitgeschoven posities konden innemen en er ademruimte werd gecreëerd. Begin september startten de Fransen een tegenoffensief, de slag om de Marne. Generaal Maurice Sarrail – die intussen de in ongenade gevallen generaal Pierre Ruffey was opgevolgd als hoofd van het 3de Leger – kon echter geen contact maken met het 2de en 4de Leger waardoor hij er alleen voor stond.



Het oostelijk gelegen Fort de Troyon werd intussen elke nacht aangevallen maar hield stand ondanks het kleine en zwakke garnizoen waarover het slechts beschikte. Het fort blokkeerde hierdoor een verdere Duitse opmars waardoor de tang rond Verdun niet kon worden gesloten en de gemaakte terreinwinst niet kon worden verzilverd. Door het Franse tegenoffensief aan de Marne werden de Duitsers teruggedreven. De slechte fysieke toestand van de Fransen en een tekort aan munitie zorgden ervoor dat Sarrail op zijn beurt geen voordeel kon halen uit de Duitse terugtrekking.*61
De Duitsers slaagden er niet in om in 1914 Verdun te omsingelen en af te snijden. Bovendien had ook de stad onder moeilijke omstandigheden standgehouden. Door de gevechten waren er wel twee gevaarlijke saillanten ontstaan. Een eerste saillant bevond zich noordelijk van Verdun waar de Franse linie uitstulpt in de Duitse. De Duitsers meenden dat dit op termijn een bedreiging voor Metz kon vormen. Een tweede saillant situeerde zich zuidelijk van Verdun bij Saint-Mihiel waar Sarrail er niet in geslaagd was een tegenoffensief te lanceren. Daar stulpte de Duitse linie in de Franse uit. De Fransen waren op hun hoede voor een mogelijk Duits offensief vanuit deze saillant omdat hierdoor Verdun alsnog kon geïsoleerd worden.*62 Volgens Nicolas Czubak, die als historicus verbonden is aan de Mémorial de Verdun, zijn er drie belangrijke redenen voor de zware verliezen die de Fransen opliepen tijdens de gevechten van de eerste maanden van de oorlog. Een eerste reden is het niet kennen van de Duitse posities. Een tweede reden is de grote vuurkracht van vooral de zware artillerie waarover het Duitse leger beschikte. Een derde reden is een zichtbare incompetentie bij het Franse officierenkorps.*63 Czubak gaat tijdens zijn uiteenzetting niet verder in op de vermeende incompetentie van officieren die hij slechts kort vermeldt. Voor deze incompetentie kunnen meerdere oorzaken aangegeven worden waaronder een schandaal dat in 1904 aan de oppervlakte kwam. De zaak is gekend onder de naam l’affaire des fiches.
Bronnen:
- *58 Czubak, N. (2016/1). “La Place de Verdun dans la bataille de la Marne”. MOOC. Sur les pas des combattants de Verdun 1916-2016. Université de Lorraine et Mémorial de Verdun. Lieu de partage et d’échange autour des initiatives et des innovations pédagogiques dans l’enseignement supérieur francophone.
- *59 Ibidem.
- *60 In de forten van Verdun staat volgende uitspraak op de muren gekalkt: “S’ensevelir sous les ruines du fort, plutôt que de se rendre”. Vrij vertaald betekent dit: “Zich liever onder de ruïnes van het fort laten begraven dan zich over te geven”. De uitspraak is afkomstig van Coutanceau in 1914.
- *61 Czubak, N. (2016/1). “La Place de Verdun dans la bataille de la Marne”. ; Robert, J.-M. (2019, 8 december). “Verdun. Le fort historique de Troyon”. (Beeldreportage). Ceux de Verdun. 1914-1918.
- *62 Turbergue, J.- P. (Ed.) & Service historique de la Défense. (2006). Les 300 jours de Verdun. Triel-sur-Seine, Éditions Italiques, p. 24. ; Voor zeer uitgebreide details over de plaatsen, troepenbewegingen en gevechten van 1914, zie: Denizot, A. (1996). op. cit., pp. 21-39 en ook: Péricard, J. (1933). Verdun. Histoire des combats qui se sont livrés de 1914 à 1918 sur les deux rives de la Meuse. Paris, Librairie de France, pp. 3-32. ; Het boek van Jacques Péricard werd in 1997 heruitgegeven maar beperkte zich tot het jaar 1916. Het originele werk, dat dateert uit de jaren 1930, behandelt wel de volledige periode 1914-1918 voor Verdun en de onmiddellijke omgeving.
- *63 Czubak, N. (2016/1). “La Place de Verdun dans la bataille de la Marne.”