Eindelijk is het dan weer zo ver! De boys gaan weer naar Verdun. We rijden uiteraard weer nachts genoeg broodjes en koffie om ons wakker te houden nemen we mee. Uiteraard zorgt Herman weer voor genoeg sigaren, dus de boys hebben ook wat te roken onderweg. Na een goede reis komen we morgens aan bij onze eerste bezienswaardigheid Luzy-Saint-Martin. Dit monument ligt op onze route en aangezien we erg vroeg zijn om bij onze gastvrouw aan te kloppen besluiten we eerst dit maar aan te doen. We hebben ons goed voorbereid wat we gaan bezoeken dus een druk schema, we willen zoveel mogelijk zien. Ik heb aardig wat ideeën op gedaan via het forum Eerste Wereld oorlog waar veel van deze Verdun idioten dagelijks vertoeven. Zo ook Tommy, dankzij zijn laatste bezoek aan Verdun heeft hij voor ons de kolen uit het vuur gehaald en ons gestimuleerd. We noemen onze reis dit jaar dan ook de Tommytour. Hier onder de foto’s van Luzy-Saint-Martin.

Van Luzy-Saint-Martin rijden we in de richting van La Gabrielle in Romagne sous Montfaucon. Beatrice onthaald ons met koffie en we praten even bij, er is weer een hoop te vertellen en het is weer net of we niet weg geweest zijn. We zetten de bagage weg en rijden gelijk naar Verdun om daar boodschappen te doen, we gaan immers barbecueën vanavond. Gezien dat Herman nogal wat lust moeten we dus aardig wat vlees inslaan en de nodige pain du stok met veel kaas en worst om de dag door te komen. Na wat geklooi in de Leclerc Supermarches rekent Henk af hij beheerd weer de huishoudportemonnee. We laden alles in de koelkast van Herman, jaja we hebben een campingkoelkast bij ons achter in de auto. Na wat gestoei zit alles er in en rijden naar de volgende bezienswaardigheid fort de Vaux. We gaan op zoek naar Abri de Combat DV4 .
Abri de Combat DV4 (Douaumont-Vaux 4), gebouwd in 1909, was bij de Duitsers ook wel bekend als “Infanteriewerk 519” en “Blockhaus”; bij de Fransen ook wel als “Abri 4595”, “145”, “Redoute” en “R1”. De Abri bestaat uit twee ruimtes voor de manschappen van 4 bij 10 meter. Het was bestemd voor een halve compagnie (100 soldaten). Verder was er een kleine keukenhoek, een latrine in de buitenwand en een waterreservoir in de kelder. Vanaf DV4 liep een verbindingsloopgraaf naar de noordkant van Fumin. De loopgraaf was verderop versterkt met baksteen en beton.
Op 2 april 1916 viel het Duitse Reserve Infanterieregiment 7 DV4 aan. Er zouden nog tien aanvallen volgen, zonder succes, maar met hoge verliezen. Zo werden ook aanvallen van Infanterieregiment 60 en 43 afgeslagen door de zware Franse tegenstand en de, voor de Fransen, gunstige positie van de abri; de abri was in een wand gebouwd die volledig afzijdig was van de vijand. Op 8 juni 1916 lukte de aanvallen van Infanterieregiment 43 en Jäger-regiment 3 echter, en de Abri werd veroverd. 253 Franse soldaten en een groot aantal gewonden ging in krijgsgevangenschap. Tijdens de Duitse bezetting diende het werk als verbandplaats en staf. Het onderkomen werd op 2 november 1916, tijdens de Franse tegenoffensieven, ontruimd.
Bron: tekst en kaartjes, Tommy van Doorn.
Het is niet bekend wat de precieze taak was van de batterij, omdat er geen documenten in de officiële archieven zijn die hier informatie over geven. Er zijn echter wel speculaties dat de batterij in bouw te vergelijken was met de Batterie de l’Hôpital wat wil zeggen dat er ook een grotere kazerne op het terrein moet zijn geweest. Hier zijn echter geen aanwijzingen of overblijfselen van.
De enige overblijfselen van de batterij vandaag de dag zijn drie ’traverse-abris’, waarvan de middelste geheel is ingestort.
Voorop de batterij is een losstaande observatiepost gebouwd. De batterij werd niet beschermd door een gracht of iets dergelijks. De batterij lag in de buurt van de front linie; die liep bij de in de buurt gelegen boerderij van Bourvaux. De batterij is regelmatig gebombardeerd; dit blijkt wel uit het landschap rondom de batterij zoals het er vandaag bij ligt.
Bron: tekst en kaartjes, Tommy van Doorn.
De batterij is opgenomen in de wandeling van Tavannes. Men kan vanaf de picknickplaats van Batterie du Tunnel de bordjes volgen. Na ongeveer twee kilometer bereikt men de batterij. Een stuk korter is echter om de N3 af te rijden (zie kaartje). Op een gegeven moment kom je dan een klein weggetje tegen, met een slagboom. Voor de slagboom kan men dan de auto parkeren. Bij de slagboom staan ook bordjes die naar de batterij leiden; de afstand is vanaf de N3 echter een meter of honderd.
In de buurt van de batterij (binnen een straal van een kilometer) liggen daarnaast nog Abri de Combat LLM1, het Retranchement van Bourvaux en de Abri-Projecteur van Tavannes.
Vanaf Batterie du Mardi Gras lopen we terug naar de auto en besluiten we dat het mooi is geweest voor vandaag. Onze magen knorren en we hebben wel trek in een heerlijk stukje vlees, dus terug naar ons appartement. Daar aangekomen prepareert Rene de bbq hij is een meester in het maken van fikkies, binnen 20 minuten hebben we dus ook een prachtig fikkie en we kunnen beginnen met het cremeren van het vlees. Nou jullie begrijpen wel dat ging er wel in met natuurlijk de nodige wijn en Pastiche.
Dag 2
De dag breekt al vroeg aan voor ons, lekker de hele nacht doorgeslapen. Na een heerlijke douche gaan we bij Beatrice ontbijten, zag er weer verzorgd uit. We maken aan tafel plannen voor die dag, Het zou een strak rooster zijn want we willen zoveel mogelijk zien. Het doel van de reis vandaag is Saint-Mihiel. We hopen dat het weer vandaag een beetje mee zit want nu regent het. We laden de spullen die we nodig hebben in de auto en gaan op pad. We rijden eerst nog even langs het monument Montfaucon het schijnt in de steigers te staan. En inderdaad dat was zo. Hoelang dat nog gaat duren is bij ons onbekend. We rijden maar snel verder want het is toch weer een aardig eindje rijden naar Saint- Mihiel. Daar aan gekomen gaan we gelijk richting Woinville opzoek naar de sporen die de Duitsers in het landschap hebben achtergelaten.
Als eerste de Fontaine des Carmes, dat in de buurt van de Ferme de Marsoupe direct achter een picknickplaats met botanische rondgang ligt. De fontein is in 1916 gebouwd door een Beierse spooreenheid.
Bron: tekst en kaartjes, Tommy van Doorn.
We gaan weer in de richting van Apremont en komen onderweg nog wat Duitse monumenten tegen o.a. monument Du Lion. We maken hier uiteraard wat foto’s van die je hier onder kunt zien.
We rijden richting Bois d’Ailly langs Tranchee de la Soif waar we vorig jaar een bezoek aan hebben gebracht. We rijden over een zandweg dwars door het Bois d’Ailly richting Marbotte alwaar we een kerkje willen bezoeken. Tijden die rit komen we allerlei herdenking monumentjes tegen van de regimenten die daar gevochten hebben. Het kerkje werd tijdens de oorlog gebruikt als mortuarium en hospitaal door de Franse troepen die hevig vochten in Bois d’Ailly.
Van Marbotte rijden we richting Apremont naar de D 907. We gaan op zoek naar Tranchees des Bavarois et de Roffignac, we vinden het al snel want het staat langs de weg aangegeven. De Tranchees liggen in Bois d’Ailly ook wel genoemd Le Bois Brulée.
NaTranchees des Bavarois et de Roffignac, rijden we richting Apremont en gaan we langs de Duitse begraafplaats St Mihiel waar 6046 Duitse soldaten hun laatste rust plaats hebben gevonden. We zijn hier vorig jaar ook geweest maar toen wisten we niet dat Hauptmann Otto Staubwasser hier is begraven. We vonden vorig jaar zijn veldgraf ver achter in het Foret de Gobessart. later hoorde ik dat hij daar niet meer lag maar herbegraven is op de Duitse begraafplaats St Mihiel . Daarom zijn we terug gegaan om het graf van Otto Staubwasser te bezoeken.
Van af de Duitse begraafplaats St Mihiel rijden we richting ons logeeradres. We komen door het dorp Troyon en besluiten daar de Franse begraafplaats te bezoeken. Wat ons opviel is dat de plaatselijke begraafplaats en de militaire begraafplaats bij elkaar zijn gevoegd. Er rusten hier 150 Franse soldaten.
Dag 3
Na lekker geslapen te hebben, ja dat was wel gelukt na een avond van drank misbruik, maken we toilet en begeven we ons naar het ontbijt alwaar de drie broers al zaten te ruften. Na een winderige goede morgen kwam Beatrice met het ontbijt binnen, gelukkig hielden de broers even hun adem in, dus er zit wel fatsoen bij de boys. We maken tijdens het eten plannen voor die dag, het weer zat niet mee, it’s raining cats and dogs. Dus moeten we iets doen waar we het minste last hebben van de regen. Iemand komt met het plan om fort Douaumont te gaan bezoeken, ze hebben daar een tijd geleden een etage dieper open gesteld voor publiek en die hebben we nog niet gezien. We rekenen af met Beatrice want in de middag gaan wij weer huiswaarts. Beatrice zwaait ons uit, en met een tot volgend jaar gaan we op weg naar fort Douaumont. Onderweg komen we nog enkele rommelmarkten tegen, die we uiteraard even bezoeken. Daar was voor ons niet veel te koop dus volgen we onze weg naar Verdun. Bij Douaumont aangekomen gaan we meteen het fort bezoeken.
Vanaf 1885 werd er 27 jaar gewerkt aan de bouw van dit fort dat een oppervlakte heeft van 3 ha en een lengte van 400 meter. Fort Douaumont was het belangrijkste fort in het kordon van vestingwerken dat ten noorden van Verdun lag. Het heeft twee ondergrondse verdiepingen en is ongeveer 4 maal zo groot als het fort van Vaux. Onder het plafond van 12 meter dik kon aan 800 militairen onderdak worden geboden, een cijfer dat in 1916 soms opliep naar 3000. Nadat de zware Duitse ‘Dikke Bertha’ en ‘Slanke Emma’ houwitsers de forten bij het Belgische Luik hadden gesloopt besloot het Franse opperbevel de forten in de regio Verdun van hun geschut te ontdoen om deze wapens op andere plaatsen aan het front te kunnen inzetten. Toen een kleine voorhoede van het Duitse leger op 25 februari 1916 de rust in het fort opmerkte werd besloten binnen een kijkje te gaan nemen . Zonder bloedvergieten slaagden ze er in de bezetting van het fort, nog geen zestig man, gevangen te nemen. In allerijl bewapende de Duitsers hun aanwinst en het zou de Fransen vele tienduizenden doden kosten eer ze het op 24 oktober 1916 weer heroverden. Het dak van fort Douaumont kreeg in 1916 honderdduizenden granaten te verwerken, volgens sommige berekeningen vielen per vierkante meter 1000 granaten. Het geluid van de explosies galmde door de gangen en was moeilijk uit te houden. Pas toen de Fransen hun nieuwe 400 mm houwitsers in stelling brachten lukte het door het plafond heen te komen.
In de middag rijden we naar het museum van JP alwaar we met hem afgesproken hebben om gezellig de lunch daar te nuttigen. Ik hoop stilletjes dat de drie broers zich gedragen wat betreft hun obstipatie en gastritis. In Romagne aangekomen worden we hartelijk ontvangen door Jp en zijn gezin. Het weerzien van elkaar bracht weer een hoop verhalen en belevenissen van het afgelopen jaar. Tijdens de gesprekken worden we verwent met heerlijke broodjes en koffie.
Tja en wat we verder daar op die brug naast het huis van Jp aan het doen zijn, dat vertel ik misschien nog wel eens. Het wordt voor ons tijd om weer richting huis te gaan het weekeind zit er weer op. We nemen afscheid van JP en zijn gezin maar ook van de drie broers want die blijven nog een dag. Wie van de drie inmiddels de velbegeerde bokaal heeft gewonnen is voor mij nog niet bekend, maar ook dat houden jullie nog te goed. Tot volgend jaar!