Richard Heijster mijmert zich af
De kunstenaar die uit de hemel viel.
Ik kom graag en vaak op de slagvelden bij Verdun. Bijna altijd in gezelschap van een reisgenote die vroeger mijn geliefde was. Ze is net als ik onder de indruk van de sporen en resten van het bloedige verleden die daar volop aanwezig zijn. Maar af en toe is haar drang te gaan shoppen groter dan de drang vervlogen tijden te ontdekken. Ze komt dan steevast met haar bucketlist op de proppen. In dit geval wil ze onze bezoeken aan de slagvelden onderbreken om Nancy zien. De stad moet liefst zo snel mogelijk in haar emmertje. Ach, ze moppert nooit als ze mij begeleidt naar de zoveelste plek die wat haar betreft sprekend lijkt op tientallen andere. Wie ben ik dan om haar een dagje winkelen in Nancy te misgunnen?
Links, meteen na het bordje Harbouey: de muur van het kerkhof.
Bovendien, en deze snode gedachte komt meteen bij me op, is andermans bucketlist misschien een uitgelezen kans om eindelijk eens naar Harbouey te reizen. Vanuit Verdun ligt dat slaperige dorpje zo’n zeventig kilometer voorbij Nancy. Beide bestemmingen moeten te combineren zijn. Harbouey is de plaats waar sergeant Henri-Daniel Thouroude, beter bekend onder zijn pseudoniem Daniel de Losques, in 1915 sneuvelde en begraven werd. De Losques wordt op 11 maart 1880 geboren en studeert rechten in Caen voordat hij overstapt naar de prestigieuze Académie Julian in Montmartre te Parijs. Hij wordt een bekende graficus, karikaturist en cartoonist voor een reeks grote bladen, illustrator en affichiste. Het laatste woord is Frans en laat zich misschien het beste vertalen als posterontwerper.


Ik bewonder ’s mans werk en heb zelfs een litho van hem aan de muur hangen. Vandaar mijn bijzondere belangstelling voor de kunstenaar die tijdens de algehele mobilisatie van 3 augustus 1914 opgeroepen wordt om te dienen in de 10ème Section de Commis et Ouvrier Militaires d’Administration. Hij moet tijdens de oorlog dus administratief werk gaan doen. Werk dat voor een zorgeloos bestaan kan zorgen. In die functie schopt hij het na drie maanden tot korporaal. Ondanks dat gematste baantje stapt hij op 3 december over naar de pas sinds kort actieve militaire luchtvaartdienst. Hij komt als sergeant-waarnemer, mitrailleurschutter en bommenrichter terecht bij het Escadrille VB-110. Een squadron dat op 13 april operationeel wordt. Op 1 juli 1915 wordt het Voisin-bommenwerpertje van sergeant Thouroude en piloot luitenant Édouard Lemoine, tijdens een vlucht in de buurt van Vimy, door vijandelijk granaatvuur geraakt. Het levert Thouroude een buitengewoon eervolle legervermelding op, une Citation à l’Ordre de l’Armée:
‘Nadat zijn vliegtuig ernstig beschadigd werd door zes granaatscherven waarvan er één dwars door de motorkap ging, en hij zelf gewond raakte aan zijn hand toen hij op het punt stond een bom af te werpen, toonde hij de groots mogelijke kalmte bij het volbrengen van zijn missie.’
De kunstenaar zal ongetwijfeld even terug hebben gedacht aan zijn risicoloze militaire kantoorbaantje.
Links op de foto piloot Édouard Lemoine. Rechts, met zijn hand in verband, Daniel de Losques.
Anderhalve maand later volgt een tweede legervermelding, de Citation à l’ordre de l’armée du Sgt Henri Daniel Casimir Paul Thouroude, bombardier à l’escadrille VB 110, en date du 16 août 1915:
‘Waarnemer in een bombardementsgroep, nam deel aan talrijke langeafstandsbombardementen. Stierf een glorieuze dood tijdens een gevecht met een vijandelijk vliegtuig.’
Le Pays de France besteedt er een pagina aan:


Winkel van Johann Minz In Saarbrücken na bombardement.
Samen met luitenant Lemoine is Daniel de Losques op 9 augustus 1915 op terugreis van een bombardement op Saarbrücken. Ze worden boven Harbouey door de Aviatik van luitenant von Sprunner uit de lucht geschoten. Beiden worden door de Duitsers op het plaatselijke kerkhof begraven. Het is aannemelijk dat Duitse piloten later een verzwaarde wimpel met een bericht afgooien op het Franse vliegveld in de buurt van Malzéville, de thuisbasis van Thouroude en Lemoine. In de boodschap staat wie er gevallen zijn, waar de twee Fransen zijn begraven, dat de twee zich dapper geweerd hebben en dat hun papieren en andere persoonlijke eigendommen via Zwitserland zullen worden teruggestuurd. Boterzachte maar desondanks hardnekkige bronnen weten te vertellen dat Franse piloten een dag later bloemen op het dubbelgraf in Harbouey werpen.
Het dubbelgraf.
Harbouey is zo’n typische Franse plattelandsgemeente waar priemende en argwanende ogen nauwgezet iedere beweging van bezoekers volgen. Er is niet veel te beleven. De begraafplaats is veranderd, maar de muur is nog steeds herkenbaar. De linde net buiten het kerkhof is inmiddels kolossaal geworden.
Beide vliegeniers rusten allang niet meer in het dorp.


De stoffelijke resten van De Losques zijn in 1921 in zijn geboorteplaats Saint-Lô herbegraven. Ook de overblijfselen van Lemoine zijn lang geleden elders te ruste gelegd. Alleen een monument, een paar honderd meter ten noorden van het dorp, herinnert aan het luchtduel in 1915 en is nogal opmerkelijk. Niet omdat het zo smaakvol is of goed getroffen, maar door de onnozelheid ervan. Ik verzon er een tweespraak bij:
‘Jean?’
’Oui Pierre?’
‘Vind je ook niet dat het in Harbouey een beetje saai is? Het dorp zou een monumentje kunnen gebruiken.’
‘Wist je, Pierre, dat er op 9 augustus 1915 een bommenwerpertje neerstortte waarbij twee mannen sneuvelden?’
‘Ik heb misschien nog wel iets liggen, Jean, waarvan we een gedenksteen kunnen maken’
‘Maar dat vliegtuig op die steen komt uit een heel ander tijdperk, Pierre, het komt uit de Tweede Wereldoorlog of misschien zelfs later.’
‘Een kniesoor die daar op let.’
‘Een wat?’
‘Un râleur, Jean.’


Monument
Reisadvies: alleen voor de echte hardcore-fan van De Losques loont een bedevaart naar Harbouey de moeite.
En Nancy? Dat is een geweldige stad waar de grandeur van eerdere eeuwen, en met name de art-nouveau, vanaf druipt. Het centrum heeft prachtige winkels. Absoluut de moeite waard als je dan toch de bucket van je metgezelle moet helpen vullen. Ik heb er geen moment spijt van dat ik mijn reisgenote haar zin heb gegeven en heb moeiteloos een uitstékende beurt gemaakt.
Nancy
Voor mij een helemaal nieuw verhaal. Weer iets opgestoken. Was fijn om te lezen.
Die stukjes van Richard Heijster zijn een leuke aanvulling op de boeken van hem. Ik print ze uit en stop ze in Krieg.
Ik vind de observatie van “een plattelandsgemeente waar priemende en argwanende ogen nauwgezet iedere beweging van bezoekers volgen” erg scherp. Zonder dat ik het goed onder woorden heb kunnen brengen heb ik dat ook vaak in veel Franse dorpen zo ervaren.