Richard Heijster mijmert zich af.  Deel 3. Stof zijt gij en tot stof zult gij wederkeren.
Richard Heijster mijmert zich af. Deel 3. Stof zijt gij en tot stof zult gij wederkeren.

Richard Heijster mijmert zich af. Deel 3. Stof zijt gij en tot stof zult gij wederkeren.

Stof zijt gij en tot stof zult gij wederkeren.

De bijna liefdevolle begrafenis van overste Driant door zijn vijanden eind februari 1916 in de buurt van het Bois des Caures is geen op zichzelf staande gebeurtenis. Het is een macaber fenomeen dat zich tijdens de Grote Oorlog steeds opnieuw, en aan weerszijden, voordoet. Er zijn meer gevallen bekend waarbij men elkaar op de meest gruwelijke manieren naar het leven staat, om vervolgens de tegenstander na zijn dood te trakteren op een mooi graf met een kunstzinnig kruis en hem als kers op de taart ook nog eens te vertroetelen met een fraai bloembedje. Op eBay zie ik een foto van een kruis op een graf met het opschrift: ‘Hier ruht der Franz. Major Marret, 7 april 1915’. De tekst is Duits, het slachtoffer Frans, dat valt op. Temeer omdat het fotoalbum, waaruit het plaatje afkomstig is, ook Duits is. Ik doe een bod op de opname. Uiteindelijk kost de unieke afbeelding me slechts wat kleingeld

Na enig zoeken op de site Mémoire des Hommes, van het Franse Ministère des Armées, kom ik het fiche van Henri François Marret tegen. De majoor was bataljonscommandant van het 211e Regiment d’Infanterie en is op een leeftijd van ruim 58 jaar overleden in het Bois de Lamorville. Het bos ligt een kleine dertig kilometer ten zuidoosten van Verdun, in de buurt van Seuzey. Doodsoorzaak ‘Tué à l’ennemi’, gedood door de vijand.

Datum van overlijden 9 april 1915. Verder blijkt uit de gegevens op het kaartje dat het lichaam van Henri Marret vermist is. Op 22 november 1916 wordt Marret door de rechtbank in Nice dood verklaard, drie weken later wordt het vonnis in het register van de burgerlijke stand van dezelfde plaats ingeschreven.

Het kan niet missen: de man in het graf is de vermiste bataljonscommandant. De officiële  regimentsgeschiedenis van het 211RI , de Historique Officiel ou 211me Régiment d’Infanterie,  heeft het over twee stormaanvallen: op 7 en 9 april 1915. Het doel is de Duitsers uit hun stellingen in het Bois de Lamorville te verdrijven. Waarschijnlijk maakten de Duitsers door de hectiek van de gevechten een foutje met de datum op het kruis. Volgens oerdegelijke Franse bronnen is Marret op 9 april omgekomen. Hij bleef na een aanval dood achter in door Duitsers bezet gebied.

De Slag bij Lamorville is, ondanks de duizenden die er sneuvelden, vermist of gewond raakten, in de vergetelheid geraakt. Majoor Henri Marret is een van hen die er het leven lieten. Vermoedelijk is hij als onbeduidende voetnoot in de geschiedenis langzaam een geworden met de grond waarin hij begraven werd. Niemand weet precies waar. ‘Stof zijt gij en tot stof zult gij wederkeren.’

2 reacties

  1. Schouten

    “…de tegenstander na zijn dood te trakteren op een mooi graf met een kunstzinnig kruis en hem als kers op de taart ook nog eens te vertroetelen met een fraai bloembedje.”
    Wat een woordkeus. Ik moest er hardop om lachen. Bedankt!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *