Ontdek het vergeten verleden van de Eerste Wereldoorlog
Fort Marre

Fort Marre

Bouwtijd1875-1877. 1888-1889.1905. 1906.
Gemoderniseerd.
Bezetting1914 – 224.Man.
1916 – 224.Man.
1917 – 150.Man.
Bouwkosten2.500.000.Franc.
Bewapening6x Revolver kanonnen. 6x 12´culasse Geschut. 1.Galopin Panzer verzink touret voor 2x 7,5cm Geschut met Klok
Bouw en ligging
 
Dit is het oudste fort bij Verdun. De bouw begon in 1875 en het was in 1877 gereed, althans in eerste instantie. In 1888 en 1889 werd het, toen al verouderde, fort ingrijpend verbouwd. De hele centrale kazerne werd gesloopt en op die plaats kwam de huidige gewapend betonnen kazerne die wel veel kleiner is, maar twee verdiepingen heeft. Bij de spits van het fort werd een, eveneens van gewapend beton gebouwde geschutskoepel met 2x 75 mm kanonnen aangebracht. Tot 1906 werden er nog kleinere verbouwingen uitgevoerd, maar de twee voorziene torens met 155 m geschut werden nooit uitgevoerd. Ook heeft het Fort de Marre geen Bourges-kazematten. Wel werd in 1918 nog een Pamard-kazemat toegevoegd. Het fort kon 224 man huisvesten.

Eerste Wereldoorlog
 
Fort de Marre in 1918.
 
EnlargeFort de Marre in 1918.
Bij de nadering van het Duitse 5e leger in september 1914 werden de 75 mm kanonnen uit de koepel tegen de vijand ingezet. Na terugtrekking van deze troepen stabiliseerde het front en werd het rustiger. Na 9 augustus 1915 werd, zoals alle forten bij Verdun, ook het Fort de Marre ontwapend, op de pantserkoepel na. Het grootste deel van de bezetting werd teruggetrokken op een kleine staf na, en manschappen ter ondersteuning, waarnemers, en de bemanning van de koepel. Bij de herbezetting van het fort begin april 1916 werd het als klasse I fort ondergebracht in de Bazelaire-groep. Het was toen licht beschadigd door beschietingen met 210 mm houwitsers. (De Dikke Bertha’s werden nooit tegen dit fort ingezet). In de loop van de gevechten werden er steeds meer manschappen in het fort ondergebracht. In navolging van het idee van Harispe, commandant van het Fort de Moulainville, werden ook onder het Fort de Marre extra onderaardse galerijen en gangen aangelegd.
 

Interbellum en Tweede Wereldoorlog
 
Er is niets bekend over het gebruik van het Fort de Marre in het interbellum. Op 15 juni 1940 viel het na een korte strijd in Duitse handen. In 1944 werd de pantserkoepel deels gesloopt en de stalen uitzichtkoepel opgeblazen. Verdere vernielingen bleven uit, waarschijnlijk door de snelle Amerikaanse opmars.
 

Huidige toestand
 
Het is niet eenvoudig het fort te vinden, vooral niet in de zomer. Het terrein is sterk begroeid. Tot 2002 lag het fort op een militair oefenterrein. Daarna werd sloop overwogen, maar de burgemeester van Marre richtte een instandhoudingsstichting op, die het fort aankocht. Er zijn plannen voor onderhoud, restauratie en in de toekomst (gedeeltelijke) openstelling voor het publiek. Van deze plannen is tot op heden nog niets terecht gekomen. In het voorjaar van 2008 werd de ingang van het fort, net als bij alle andere forten die gelegen zijn op militair terrein, dichtgemetseld. Ook werd een toegangshek dichtgelast, waarmee iedere toegang definitief onmogelijk is. Een blik in de fortgracht toont aan dat het fort steeds verder vervalt en overwoekert met ondoordringbaar struikgewas. Het is vrijwel onmogelijk om het fort nog te betreden. Ook is het terrein rondom het fort nog officieel militair terrein, dus ook daar is de toegang verboden.
 

De forten zijn helaas niet meer te bezoeken en dichtgemetseld. Dit omdat er veel ongelukken zijn gebeurd soms met dodelijke afloop. Veel van de forten zijn vervallen en in zeer slechte toestand. Veel vestingwerken rond Verdun behoren toe aan het leger. Het bezoek is verboden en de overtreding kost 128 € per bezoeker.