La voie Sacrée “De heilige weg”
La voie Sacrée “De heilige weg”

La voie Sacrée “De heilige weg”


DSC02326
La voie Sacrée De heilige weg

Toen Pétain op 25 februari het commando van de Région Fortifiée de Verdun overnam trof hij de enige overgebleven aanvoerweg , van het achterland naar het front, in totale wanorde aan. Deze provinciale weg van Bar-le-Duc naar Verdun was volkomen verstopt. De generaal begreep dat de weg van vitaal militair belang was. Het was de levensader  van de in Verdun en omgeving aanwezige Franse troepen. Een ordelijk verloop van de aanvoer van manschappen en oorlogsmaterieel moest zo snel mogelijk gewaarborgd worden.
Een van de eerste dingen die de generaal dan ook ondernam was ervoor te zorgen dat er een eind kwam aan de chaos op de weg. Met zijn ongeveer 75km lengte werd de weg opgedeeld in 6 gedeelten, de z.g. kantons. Elk kanton kreeg een officier als eindverantwoordelijke. Al in 1915 was de weg verbreed tot 7 meter zodat gelijktijdig verkeer in beide richtingen mogelijk was.
100373963_o
Op 28 februari trad dooi in en de voorheen spekgladde weg veranderde in een modderpoel. Steengroeven in de buurt werden geopend om steenslag te winnen, dat voor de wielen van de vrachtwagens werd gegooid. 30.000 man Franse territoriale troepen, veteranen uit de oorlog van 1870, Duitse krijgsgevangenen en burgers hielden zich bezig met de winning, het vervoer en de verwerking van het split. Dag en nacht ging dit werk door. Inzet van stoomwalsen zou de verkeersstroom teveel ophouden, daarom werd de verse steenslag voor de massieve wielen van de camions geworpen die ze vervolgens de grond in drukten. In de 10 maanden die de slag duurde werd 750.000 ton split gebruikt. Regelmatig kwam het voor dat de scherpe stenen de massieve banden van de vrachtwagens door midden sneden. Deze wagens werden onmiddellijk naar de kant van de weg geduwd om het verkeer niet stil te laten vallen.
Ook de door Andere redenen gestrande wagens  werden direct  van de weg verwijderd. De reparatie van voertuigen vond in de berm plaats. Marcherende troepen en wagens met paardentractie kregen de strikte opdracht zich uitsluitend via de wegbermen te verplaatsen om het gemechaniseerde vrachtvervoer niet op te houden. Zou de weg onvoldoende rendement opleveren dan was de slag om Verdun bij voorbaat verloren! Denkend aan het succes van de ingezette Parijse taxi’s tijdens de slag om de Marne ging het leger over tot het op grote schaal vorderen van burgervrachtauto’s. Voor de aanvang van de slag waren er nog geen 700 camions beschikbaar, 26 februari 3500 stuks en op het hoogtepunt in juni reden er 12.000 wagens af en aan. Er was een chronisch tekort aan bekwame chauffeurs zodat bestuurders soms twee of drie dagen achter elkaar in oncomfortabele, onverwarmde cabines moesten doorbrengen. Ongelukken door oververmoeidheid bleven dan ook niet uit. Het systeem bleek echter te werken en het was nu mogelijk per week 50.000 ton goederen en 90.000 man over de weg te vervoeren. Elke 14 seconden passeerde, in beide richtingen, een vrachtwagen. Bij de slag om Verdun was ongeveer 2/3 deel van het Franse leger betrokken en zo’n 2 miljoen man zouden over de Voie Sacrée vervoerd worden. Meer dan een miljoen ton (sommige bronnen spreken zelfs van 2 miljoen ton) munitie en ander oorlogsmaterieel zou via deze route op zijn bestemming komen.
Aan de westzijde van de Heilige Weg liep een smalspoorbaan, de Chemin de Fer Meusien. Ook hier werd dag en nacht met grote inzet gewerkt. Het was regelmatig het doelwit van bombardementen en beschietingen maar toch slaagde men erin ook over de rails een niet onaanzienlijke hoeveelheid goederen en manschappen te vervoeren. De betekenis die “Le Meusien” voor het Franse leger had, haalt het echter bij lange na niet bij de betekenis die de Voie Sacrée had.
Het zal zelden in de geschiedenis zijn voorgekomen dat een leger van een dergelijke omvang zo afhankelijk was van een dusdanig kwetsbare aanvoerroute als de Voie Sacrée in 1916. Het mag dan ook een wonder heten dat de Duitsers de weg niet onder constant vuur legden of door middel van luchtbombardementen ontwrichtten. Of was het misschien dat de Duitsers in ultimo vasthielden  aan hun leegbloedtheorie? Ze lieten hierdoor echter wederom een kans voorbijgaan de oorlog naar hun hand te zetten!
Maar ja, is het niet zo dat aan een heiligverklaring een wonder vooraf dient te gaan? La Voie Sacrée draagt haar, door de Franse dichter Maurice Barrès voor het eerst gebruikte naam, dan ook met recht! Barrès verwees met de naam “Heilige Weg” naar de Oude Grieken die deze term gebruikten voor het pad dat naar het altaar in hun tempels liep.
De Voie Sacrée loopt nog steeds van Bar-le-Duc naar Verdun. Het verloop van de weg is vrijwel gelijk aan de situatie van 1916. Het berijden ervan is wat comfortabeler geworden, de steenslag is overdekt met asfalt. Om de bijzondere betekenis die de weg voor Frankrijk had te benadrukken werden afwijkende kilometerpaaltjes ontworpen. Aan de bovenzijde is een met lauwerkransen versierde Franse helm aangebracht. Op de sokkel staat: “Voie Sacrée”. Ondanks hun gewicht zijn het populaire objecten voor souvenirjagers.
Vanuit Verdun staat de weg aangegeven met “Voie Sacrée, N35”. Het is een landelijke weg die glooiend verloopt. Vrijwel meteen na de splitsing Bar-le-Duc/Parijs ziet u, aan de linkerzijde, het gedenkteken dat herinnert aan de mensen die de vitale bevoorrading van de frontsoldaten mogelijk maakten. Het monument van de Heilige Weg bestaat uit een gemetselde menhir waarin een gevleugeld wiel verwerkt is. Aan de onderzijde bevinden zich reliëfs die de hectische tijd in 1916 verbeelden. De duizenden onbekend gebleven chauffeurs, weg- en steengroevenarbeiders alsmede de mannen die het railvervoer over Le Meusien mogelijk maakten, kregen op 14 mei 1967 hun welverdiende ereteken. Individueel heldendom was voor hen niet weggelegd, hun daden spraken wat minder tot de verbeelding, maar toch hebben zij op niet mis te verstane wijze bijgedragen aan de totale eindoverwinning op Duitsland.