Villages Détruits  (verwoeste dorpen)
Villages Détruits (verwoeste dorpen)

Villages Détruits (verwoeste dorpen)

Vaux
Villages détruits (verwoeste dorpen) is een naam waarmee men in Frankrijk de ongeveer 20 dorpen aanduidt die in de Eerste Wereldoorlog totaal verwoest werden en na de oorlog niet meer opgebouwd. De meeste villages détruits liggen ten noordoosten en noordwesten van Verdun rond de frontlinie, een drietal ten zuiden in de salient van St-Mihiel.
De dorpen hadden allemaal het ongeluk dat ze precies in de frontlijn lagen. Daardoor werden ze niet alleen helemaal in puin geschoten door beide partijen, maar de grond was na 1918 door munitie, mijnen en ander oorlogstuig zodanig gevaarlijk om op te bouwen dat de voormalige bewoners herbouw onhaalbaar vonden, of de Franse regering dat verbood omdat ze in de Zone Rouge lagen.
Ondanks dat werden de dorpen niet vergeten; de meeste kregen niet alleen een Monument aux Morts zoals andere Franse dorpen, maar behielden ook een gemeentenummer, en zelfs een burgemeester.
Lijst van Villages détruits
Meuse
Beaumont-en-Verdunois (186 inwoners in 1911, sinds 1918 verlaten)
Bezonvaux (149 inwoners in 1911, sinds 1918 verlaten)
Cumières-le-Mort-Homme (205 inwoners in 1911, 3 in 1921, 1 in 1990, en sinds 2006 onbewoond)
Douaumont (enkele huizen werden opgebouwd); 288 inwoners in 1911, 38 in 1921, 10 in 1990 en nog 7 in 2006)
Fleury-devant-Douaumont, naast het monument van Verdun (422 inwoners in 1911, 12 in 1921, 5 in 1990 en nu onbewoond). Om de naam van het dorp te doen voortleven nam het het huidige dorp Fleury-sur-Orne in de Calvados, dat voor 1917 Allemagne heette in 1917 zijn huidige naam aan.
Haumont-près-Samogneux (131 inwoners in 1911, 5 in 1921 et sinds 1990 onbewoond)
Louvemont-Côte-du-Poivre (183 inwoners in 1911)
Ornes (een paar huizen weer opgebouwd, 718 inwoners in 1911, 23 in 1921, 10 in 1990 et nog 7 in 2006)
Vaux-devant-Damploup (287 inwoners in 1913)
Zij worden aangeduid als dorpen « mortes pour la France ». Tegenwoordig zijn deze 9 dorpen allemaal deel van “la Communauté de communes de Charny-sur-Meuse”.
Vauquois werd na de verwoestende mijnaanslag weer opgebouwd, 300 meter zuidelijker.
Marne
Minder bekend, maar ook enige dorpen aan de Marne werden verwoest als gevolg van de Eerste Wereldoorlog en niet meer opgebouwd. Hun restanten werden grotendeels ondergewerkt in 1950 voor de aanleg van het militaire oefenterrein van Suippes. Delen van hun grondgebied werden opgenomen in de aanliggende dorpen, die hun namen aan het eigen dorp gehecht hebben.
In dit gebied lagen:
Hurlus, aangehecht aan Wargemoulin-Hurlus
Le Mesnil-lès-Hurlus, aangehecht aan Minaucourt-le-Mesnil-lès-Hurlus
Perthes-lès-Hurlus, aangehecht aan Souain-Perthes-lès-Hurlus
Ripont, aangehecht aan Rouvroy-Ripont
Tahure, aangehecht aan Sommepy-Tahure
Meer Westelijk, richting Reims, liggen nog twee “villages détruits”:
Moronvilliers, aangehecht aan Pontfaverger-Moronvilliers
Nauroy, aangehecht aan Beine-Nauroy.
Deze dorpen lagen net ten noorden van de Mont Cornillet. voor de gevechten daar.
Meurthe-et-Moselle
In de saillant van Saint-Mihiel:
Regniéville, het grondgebied is toegevoegd aan Thiaucourt-Regniéville als uitstulping;
Remenauville, aangehecht aan Limey-Remenauville
Fey-en-Haye. Dit dorp is enige honderden meters verderop weer opgebouwd.